Home Auto Reviews Hyundai I30N Impressie

Hyundai I30N Impressie

by admin

De Koreanen van Hyundai hebben voor elk wat wils : Een Grote SUV  (Santa Fe) voor de gecoiffeerde dames die hun nagel niet willen breken als ze een stadswagen aanrijden. Een middelgrote SUV (Tucson) voor de gepensioneerden die toch graag wat hoger zitten. De nieuwe Kona voor de hippe stadsvogel met gezin. De Ioniq voor de milieubewuste medemensen en ga zo maar door… Maar wie valt er sinds jaar en dag uit de boot bij Hyundai? De liefhebbers van sportieve bolides! Dus besloot Hyundai om ook voor deze paria’s een inspanning te doen.  Ze namen Albert Biermann (ex-BMW M-divisie) in dienst als directeur van de N-divisie en begonnen aan de ontwikkeling van de eerste telg in de N-Familie. De N verwijst naar hun research center Namyang (Korea) maar ook naar de “Nürburgring”. Hyundai zal binnenkort ook de Veloster N lanceren, maar helaas niet in Europa.

We kregen de I30 N mee voor een dagje, niet genoeg om een grondige review te schrijven maar net genoeg om een oordeel te vellen over de sportieve kwaliteiten van deze nieuwkomer in het drukbevolkte Hothatch segment.  De I30 N is beschikbaar met 250 of 275 pk, we namen plaats achter het stuur van de 275 PK sterke I30N met Performance pack, die legt de 0-100 km/u sprint af in 6,1 sec en heeft een topsnelheid van 250 km/u.  En dit allemaal voor de democratische prijs van 33.999 € (Btw inbegrepen). Ter vergelijking De nieuwe Mégane RS 280 start vanaf 34.550 (Btw inbegrepen).  Wat ook nog te behappen is, wil je echter dezelfde uitrusting als in de I30N dan moet je nog een extra duit in het zakje doen.

Een goede prijs kwaliteit verhouding is natuurlijk niet de doorslaggevende factor bij de aankoop van een hothatch. Het pretgehalte is dat wel en laat dat nu toevallig zijn waar de I30N in uitblinkt. Op het  stuur zit een grote knop met een racevlaggetje, dat smeekt om ingedrukt te worden. Als je dat effectief doet dan komt de ware aard van het beestje boven: de N-modus. De wagen voelt ultra alert, de dempers, het (elektronische) sperdifferentieel, de stuurbekrachtiging voelen allemaal heel scherp aan. Enkele leuke toeters en bellen zijn de schakelindicator die boven de meters met kleuren aangeeft wanneer het hoog tijd wordt om te schakelen en ook het “automatic rev matchen” is in dit segment ongezien.

Als je een tweede maal op de N-knop duwt dan springt de wagen in Custom modus, die je zoals de naam aangeeft zelf kan instellen naar eigen goeddunken. Vooral de vering is nogal aan de harde kant voor onze Belgische wegen, dus mijn custom mode was een exact kopie van de N-modus (alles op maximum) met uitzondering van de vering.

Als het op rijden aankomt merk je duidelijk dat er DNA van de BMW M in deze wagen zit. De wagen is pittig en daadkrachtig en moeilijk uit zijn lood te slaan. Het blijft natuurlijk een voorwiel aangedreven sportwagen maar de elektronische sper compenseert de meeste van de negatieve kenmerken die daarmee gepaard gaan. Het uitlaatgeluid mag er zeker zijn, voor een turbomotor klinkt het lang niet slecht. Het gaat er best luid aan toe (aan de draaiende hoofden van de mensen op straat te zien) maar binnenin is het toch eerder beschaafd. De knetter en plof soundtrack bij het terugschakelen is een extra motivatie om te remmen op de motor. Wat de remmen enkel ten goede komt, die grijpen aanvankelijk als een bezetene maar durven toch wat te faden na verloop van tijd.

Pluspunten

  • Geluid en rijervaring in N modus
  • Prijs & Optiebeleid
  • Toeters en bellen

Minpunten

  • Draaicirkel is verbazingwekkend groot
  • Imago Hyundai

Conclusie: Op basis van dagje I30 N performance pret kunnen we enkel bevestigen dat Hyundai met hun eerste poging onmiddellijk een schitterende sportwagen aflevert. De wagen is sensationeler dan wat je op basis van zijn cijfers zou vermoeden. De concurrentie heeft er dus een te duchten tegenstander bij. Ik zou iedereen die een nieuwe hothatch overweegt adviseren om deze pretraket van Hyundai te testrijden. Het is niet de allersnelste, maar toch weet hij te overtuigen!

Met dank aan Bart Moyaert van Garage Moyaert

Tekst: Jonas Foto’s: Jonas & Louis Van Belle

You may also like